donderdag 8 oktober 2009

de vrouw en de koe


Hoeveel koeien is een vrouw waard? Vreemde vraag voor ons misschien, maar in Afrika heel gewoon. Een man die een vrouw wil huwen, moet daarvoor dokken. In Fries stamboekvee, als het even kan. Of Fries gemengd met Ankole, krijg je grappige koeien van, Bertha met zwart/witte vlekken en enorme horens.

Trouwen is sowieso een dure aangelegenheid hier, met alle traditionele ceremonies die nog trouw worden gevolgd door de meeste Afrikanen. De verschillende stadia gaan gepaard met feesten, waarbij vaak honderden mensen worden uitgenodigd. Kost elke keer een flinke partij bananen, (ook letterlijk, want bij elke gelegenheid moeten al die gasten natuurlijk ook matooke -bananenpuree- eten, een Oegandees kan niet zonder) waarvoor bruid, bruidegom en beide families zich vaak flink in de schulden moeten steken. Los van de kerk nog een reden waarom het scheidingspercentage hier zo laag ligt. Eerst is de Introductie, waarbij de bruidegom wordt voorgesteld aan de familie van de bruid. Als dat in orde is de Give Away, dan wordt de bruid weggegeven aan de familie van de bruidegom. Weggeven betekent in sommige zeer traditionele stammen letterlijk weggeven, de bruid ziet in principe haar eigen familie niet meer. Dan volgt het feitelijke huwelijk, maar het belangrijkste is dan eigenlijk al gebeurd.

Mijn collega (oud-stagiair van Netwerk) Arne gaat volgende week zaterdag in Kampala trouwen met Juliet, de introductie en de give-away is de dag ervoor. Wordt een dure grap voor Arne, want they don't come cheap, die Oegandeze schonen. Heb hem niet gevraagd hoeveel Fries stamboekvee het hem gaat kosten. Maar bij mij zijn de voorbesprekingen al begonnen. Ik ontmoet straks Beatrice de oudste zus van Lilian, die haar na het overlijden van beide ouders heeft grootgebracht. Hoeveel koeien is een vrouw waard? Beatrice en Lilian hebben me al uitgedaagd, er moet diep in de buidel worden getast. Zeker nu ze weten dat ik ook Fries bloed door m'n aderen heb stromen, dan moet dat stamboekvee toch geen probleem vormen. Zeker zes, heeft Beatrice al laten weten. Wil ik wel een garantiebewijs graag, was mijn antwoord.

vrijdag 4 september 2009

een naderend afscheid



In nog geen anderhalve week maak ik van dichtbij alle belangrijke stadia van het leven mee: een huwelijk en een introductie (belangrijke voorfase van het huwelijk), de geboorte van een kind en de dood van een vader. En mijn eigen afscheid nadert, van mijn werk voor de Rwenzori Anti Corruptie Coalitie wel te verstaan, want met het Eeuwige Afscheid wou ik nog even wachten, als u het niet erg vindt.

De dood is iets doodnormaals in een land waar de gemiddelde leeftijd de 50 niet overstijgt. Bijna elke week is er wel een begrafenis van een familielid of een naaste van een van mijn collega's. Maar toch. Afgelopen maandag overleed de vader van Angela, mijn coordinator bij RAC. Het was alsof ze het aanvoelde toen ze vrijdag haar familie aan de telefoon had. We reden terug van een afscheidslunch voor mij in Ndali Lodge bij de kratermeren hier in de buurt. Angela was kwaad op haar familie omdat haar zieke vader die ochtend toch nog haar moeder naar het werk had gebracht, zoals hij dat altijd trouw deed. Hoe hadden ze dat kunnen laten gebeuren? Haar vader was in de war geweest, de weg kwijtgeraakt en uiteindelijk pas na uren thuisgekomen. Drie dagen later overleed hij in de armen van Angela, die zich vrijdag naar Kampala had gespoed om bij hem te zijn.

Een week daarvoor werd mijn goede collega Augustine voor het eerst van zijn leven vader. Van een zoon: Ian Paul. Daar was een keizersnee voor nodig, iets wat hier in het ziekenhuis van Fort Portal gelukkig goed ging. Als het in Bundibugyo was gebeurt, betwijfel ik of het goed was gegaan. Ik ben daar laatst in hét ziekenhuis geweest voor een video waar ik mee bezig ben. De omstandigheden daar zijn allerbelabberst: Veel te weinig personeel, te weinig bedden en andere medische benodigdheden en een chronisch tekort aan medicijnen, die ofwel nooit geleverd ofwel gestolen worden.

Het weekend daarvoor had ik een introductie/give away van mijn naaste collega Alice. Ze wordt in een uitgebreide ceremonie, waarin zogenaamd nog wordt onderhandeld over de bruidschat, voorgesteld aan haar schoonfamilie. Eigenlijk is dit hét moment van het huwelijk, belangrijker nog dan de eigenlijke huwelijksvoltrekking, die in haar geval eind deze maand plaatsvindt. Alice en haar familie huilen veel die dag, omdat ze eigenlijk afscheid neemt van haar eigen familie en toetreedt tot een nieuwe. Voor traditioneel ingestelden is dat heel letterlijk, de dochters zien hun eigenlijke familie - niet meer terug, ook niet op het huwelijk zelf. Gelukkig voor Alice zijn ze bij haar familie niet zo streng in de leer. Het was een mooie, maar lange dag, daar in de buurt van Kasese, tegen het Queen Elizabeth National Park. De ceremonie was gepland voor 10 uur, maar begon uiteindelijk om kwart over drie, ook dat is Afrika.

De dag erop trouwde ons bestuurslid Emmy Manyindo, een leraar op een middelbare school in Fort Portal met wie ik de afgelopen maanden heel veel heb samengewerkt in radio talkshows. Schitterende ceremonie, veel pracht en praal, maar ik ben niet zo lang gebleven, die dingen duren me een beetje te lang.

En gisteren kwam een van onze monitors op borg vrij na een week in de cel in Bundibugyo. Hassan Kamoga moest tijdens de Ramadan vastzitten in een cel. Dat gun je niemand, zeker niet in Bundibugyo, the end of the world as we know it. Hij was opgepakt om een onbenulligheid, pure intimidatie, RAC-monitors maken makkelijk vijanden hier.

Ik heb nog een goeie week te gaan hier bij RAC en nog teveel dingen om af te ronden. En er komen voortdurend dingen tussendoor, een beetje planning is hier onmogelijk. Maar vanavond komt m'n meisje, die is net terug na 5 maanden London. Nog een weekje werken, afscheid nemen van mijn vrienden en collega's en dan met Lilian naar Zanzibar. Het leven is niet zo vervelend voor een muzungu in Fort Portal, voor wie het afscheid nadert...

dinsdag 7 juli 2009

zomer en vrienden

Het is zomer in Nederland. En hoewel het de laatste jaren niet heel erg wilde zomeren, schijnen de mussen nu van de daken te vallen. Mijn favoriete seizoen. Met vrienden op een terras of bij een strandtent tot laat in de avond. Kan ik geen genoeg van krijgen.
Hier is het altijd zomer, maar ook vroeg donker, rond 7 uur. De Oegandezen geloven me niet als ik ze vertel dat het nu 's avonds veel langer licht is in Europa en dat ik dat wel mis. Mijn vriendin Lilian wel, die merkt het nu zelf in London. En Angela, mijn coordinator die nu op studiereis is in Kopenhagen. Kan er niet van slapen. Heeft heimwee naar Oeganda, net als Lilian. Ik heb in dit soort tijden ook een beetje heimwee. Naar Nederland. Zeker als bijna al mijn vrienden op vakantie gaan naar Europa en elders. Vrienden maken het leven hier aangenaam, net als in Nederland natuurlijk. Maar hier hebben we een hechte gemeenschap, de vriendschappen zijn hier intenser, minder vanzelfsprekend. Je beseft goed dat je op elkaar aangewezen bent. Ik mis mijn vrienden als ik ze een paar dagen niet gezien heb.

Voor mij duurt het nog een paar maandjes en dan ga ik ook naar Europa. Voorgoed. Althans, voorlopig. Leef ik wel een beetje naar toe, ik merk dat ik me mentaal aan het voorbereiden ben. In oktober is het ook wel mooi geweest. Ga ik weer terug naar het land waar alles gewoon werkt en waar (bijna) iedereen zich aan afspraken houdt. Wat ik zal missen? De eeuwige zomer in Afrika en mijn vrienden.









zondag 31 mei 2009

Bundibugyo

We rijden door een prachtig berglandschap richting de westelijke uithoek van onze regio: Bundibugyo Town. Hier beginnen de befaamde Mountains of the Moon, het Rwenzori-gebergte dat de bijnaam dankt aan een oude Griekse ontdekkingsreiziger. Het is de hoogste bergketen in Afrika en je kunt je voorstellen dat ze inderdaad vanaf de maan of in ieder geval vanuit het ISS ruimtestation duidelijk te onderscheiden zijn. Hoewel de bergketen hier pas echt begint is het al indrukwekkend. De bergtoppen liggen verscholen in de nevel en daaronder liggen de valleien als comfortabele zachtgroene dekens. De Semliki-rivier kronkelt zich hier een weg, aan de andere kant doemen de donkere wouden van de Congo (DRC) op, een onheilspellend gebied waar het altijd oorlog lijkt. Maar het paradijselijke uitzicht van dit gebied verhult dat ook dit gebied nog recentelijk veel oorlogsgeweld (stammentwisten, rebellen) heeft gekend en dat het letterlijk een uithoek is, waar weinigen in Oeganda vrijwillig naar toe trekken. Hoewel al het groen anders doet vermoeden, is dit een arm en onderontwikkeld, zeg maar gerust achterlijk gebied, waar nog maar anderhalf jaar geleden het epicentrum lag van een dodelijke Ebola-epidemie. Het verhaal gaat dat die epidemie veroorzaakt werd doordat mensen hier en in het naburige Congo besmette apen aten. Dit is Bundibugyo District, een gebied dat (ruwe schatting) misschien zo groot is als ongeveer een derde van Nederland. 'The End of the World as we know it'.

Het regent zacht als we over een modderige weg langs diepe ravijnen richting Bundibugyo Town rijden, een WildWest-stadje dat binnenkort meer ontsloten hoopt te worden als de electriciteitsmasten eindelijk in gebruik worden genomen en de weg ernaar toe van asfalt wordt voorzien. Die plannen liggen er allang, maar dat zegt weinig in Oeganda. Maar goed, de masten staan er inmiddels en ik zie dat de katrollen met bedrading inmiddels Kasitu (op driekwart ongeveer) hebben bereikt. Dus dat stemt hoopvol. Dat werd ook wel eens tijd, want er is hier weinig om hoopvol over te zijn, behalve het mooie uitzicht misschien maar dat vult de maag niet. Aan internationale hulporganisaties lijkt geen gebrek, overal onderweg zie ik borden staan van Unicef, World Vision en hulpprogramma's van de Europese Unie (die vind je op de gekste plaatsen, maar vertel dat de EU-haters maar niet). De enkele tientallen overgebleven Batwa-pygmeeën in Ntandi profiteren daar waarschijnlijk relatief nog het meest van, het Westen heeft nu eenmaal z'n troetel-negertjes nodig. Vergeef m'n cynisme, maar het lijkt mij dat als je de pygmeeën- die nog altijd sterk worden gediscrimineerd - hier echt wilt helpen, je ze niet moet uitzonderen van de rest van de inheemse bevolking en je beter het gebied als geheel kunt helpen.

Tegen de avond bereiken we Bundibugyo Town. Hoewel het hemelsbreed (over de bergen) maar zo'n 20km van Fort Portal ligt, heeft de 75km over de modderige wegen door de bergen ons zo'n kleine 4 uur gekost. Ik ben met een delegatie van mijn organisatie RAC plus wat vertegenwoordigers van de pers. Doel is de Public Accountability Dialogue die we voor de volgende dag hebben georganiseerd. Het is een effectieve manier gebleken om politieke en ambtelijke leiders verantwoording te laten afleggen en het publiek de gelegenheid te geven (kritische) vragen te stellen aan die leiders. Ik heb nog ander motief om hier te zijn, los van het feit dat het de eerste keer is dat ik dit stoffige stadje bezoek. Bundibugyo District is een van de meest corrupte gebieden in het land. Gelukkig hebben we hier een stel zeer actieve monitors, die me onder meer hebben getipt op de armzalige toestand van het enige echte ziekenhuis, los van lokale hulpposten, in Bundibugyo. De 100 miljoen (ca 40.000 euro) die de regering voor de gezondheidszorg in dit gebied heeft gereserveerd, lijkt onderweg ergens te zijn blijven steken. Ik wil zien wat de gevolgen zijn en dat op video vastleggen.

's Avonds bezoek ik met twee monitors, Richard (oud-onderwijzer) en RAC district coördinator Kasuka, de 5 afdelingen van het ziekenhuis omdat ik heb gehoord dat de zorg dan nagenoeg afwezig is. Ongeveer 150 patienten liggen op deels zelf meegebrachte matrassen kriskras door elkaar. Het stinkt er, hier en daar liggen plassen (water, urine?) op de vloer en de afvoer van tenminste één van de spaarzame waterkranen is verstopt. Patienten vertellen ons dat ze niet alleen hun eigen eten en matrassen moeten meenemen, maar ook de medische hulpmiddelen (verbandmiddelen, injectiespuiten en infusen) buiten het ziekenhuis zelf moeten aanschaffen, omdat het ziekenhuis zonder zit. Maar zijn er dan tenminste doktoren en verpleegkundigen die ervoor zorgen dat je weer beter wordt? Op de 5 afdelingen die ik met de monitors bezoek zijn er welgeteld 3 verpleegkundigen die hun handen vol hebben en één supervisor. Een dokter is er niet. De enige medische assistent die de post voor extramurale patienten moet bedienen is zoals gewoonlijk absent, vertelt de bewaker. Ligt ergens dronken te wezen, vermoed Kasuka die hier vaker is geweest. Corruptie is veel meer dan het omkopen van een politieman of een ambtenaar. Een chronisch gebrek aan middelen, onderbezetting, absenteïsme en regelmatig diefstal door het eigen personeel van de spaarzame middelen die er wel zijn. Zo ziet corruptie er uit in dit ziekenhuis in Bundibugyo.

Het bezoek levert goede beelden op voor de video, Richard en Kasuka zijn als hoofdpersonen natuurtalenten. De volgende dag wil ik met ze terugkomen om het ziekenhuis bij daglicht te bezoeken. Dat lukt niet. Behalve dat de Public Dialogue veel te laat begint en we dus geen tijd meer hebben, is één van de hoofdpersonen er niet. Kasuka's nichtje van 17 jaar is de afgelopen nacht bezweken aan malaria. Omdat de medische hulppost die door de overheid moet worden bevoorraad met de meest essentiële medicijnen, niet beschikte over het eenvoudige middel dat haar leven had kunnen redden.

vrijdag 15 mei 2009

de tand van vincent

Vincent heeft de was niet opgehaald en is niet komen schoonmaken. Niets voor hem. Hij is er altijd en als hij niet kan, belt hij vantevoren om te vragen of het een dag later kan. Doet niemand hier, Oeganda is het land van de niet nagekomen beloften, de Oegandezen die hun afspraken altijd nakomen zoals Vincent, zijn de uitzondering.

Een dag later komt hij langs. Hij heeft gisteren een ongeluk gehad op z'n fiets, is over de kop gegaan en mist een tand. De vertrouwde big smile ziet er nu een beetje anders uit. Klopt niet, dat beeld. Hij is na het ongeluk na een tandartskliniek in de stad gegaan, waar ze het laatste restje tand hebben verwijderd. Goeie tandartsen zijn hier eigenlijk niet, althans niet naar onze normen. Vincent zijn onderlip is gezwollen.

We kunnen elkaar een hand geven. Ook mijn onderlip is nog enigszins gezwollen. Ook als gevolg van een ongeluk, twee dagen voor Vincent. Knalde met mijn motor bovenop een boda, of hij op mij, het is maar hoe je het bekijkt. Ik heb de boda-jongen wat geld gegeven voor zijn brommer. Hij deed erg zielig over de paar schaafwonden die hij had, maar dat was aanstellerij om er nog wat meer geld uit te slepen. Bij mij is er wat schade aan de motor, maar ik heb geluk gehad. Dikke lip, wat schaafwonden en een schouder die de dag erop flink stijf is en anderhalve week later nog niet helemaal de oude is. Maar niets gebroken. Ik heb een flinke smak gemaakt, maar droeg gelukkig een helm. De gevolgen zijn te overzien.

Bij Vincent valt het ook mee, maar hij heeft wel z'n kleine beetje spaargeld (50.000 shilling = 20 euro) moeten opmaken aan de verzorging in het ziekenhuis en de tandarts. Hij spaart om volgend jaar naar avondschool te kunnen gaan. Kan dat doen omdat ik hem goed betaal. Daarnaast zet ik ook wat geld voor hem opzij. Maar hij was trots op dat kleine spaarpotje. Dat nu dus weer helemaal leeg is. En hoe moet het nou met dat gapende gat in zijn gebit? Dat zal niet goedkoop zijn en hij heeft helemaal geen geld meer Voor 50.000 kan de tandarts hem een nieuwe aanmeten, weet Vincent. Maar die is van plastic. Voor 80.000 heeft hij een goeie neptand. Dat valt dus nogal mee. Ik zeg hem dat hij die goeie maar moet bestellen en dat ik het voor hem zal betalen. Want dat gapende gat in zijn mond, dat is geen gezicht.

We hebben allebei geluk gehad. Een ongeluk loopt hier vaak slecht af, het verkeer is hier letterlijk moordend. Vorige week is in Kyenjojo, ongeveer drie kwartier hiervandaan, een vrachtwagen een huis ingereden waarbij een slapende vrouw is omgekomen. Verkeersongevallen hebben inmiddels malaria ingehaald als doodsoorzaak nummer 1. Ik realiseer me dat eens te meer als ik twee dagen na mijn ongeluk het bericht krijg van de verkeersdood van een VSO-collega in Tanzania. Ze was hier een paar maanden geleden op bezoek. Een jonge (29), sprankelende vrouw, die op het punt stond om terug te keren naar Nederland. Ineens weg, door zo'n hufter van een buschauffeur die veel te hard rijdt en niet goed oplet. In Oeganda is dit ook aan de orde van de dag. Oeganda is na Ethiopie het land met de meeste verkeersdoden ter wereld, vorig jaar ruim 2000. En iedereen lijkt het maar heel gewoon te vinden. Hoewel ze in Kyenjojo na het ongeluk massaal de straat op zijn gegaan en een paar uur lang de hoofdweg Kampala-Fort Portal hebben geblokkeerd. Misschien dat het iets oplevert, waarschijnlijk niet.

dinsdag 28 april 2009

Lost

De muzungu is back en dat zal hij weten ook. You have been lost, zegt iedereen de afgelopen dagen tegen me. De kapper, de sigarenboer, de kruidenier, de bakker en zelfs de ober van het hotel, maar die zegt het bijna altijd, dus dat telt niet. Je bent 2 weken naar je thuisland en meteen ben je 'lost'.
Het is dus blijkbaar opgevallen dat die ketting rokende motor rijdende witte man er even niet was. Prettig om te horen, wel, je hoort blijkbaar toch bij het meubilair. How is that place?, vragen ze standaard als ik ze vertel dat ik in Nederland ben geweest om familie en vrienden te bezoeken. Beleefheidsvraagje. De meesten hebben geen idee waar Nederland ligt of hoe het daar is. Hebben ze daar ook leeuwen?, vroeg laatst een collega aan me.
Ik vertel dat het de laatste dagen heel warm was in Nederland en dat ik aan het strand ben geweest. Maar hoe kan dat nou, je hebt laatst foto's (van mijn broer Klaas) laten zien dat het daar zo koud was en dat ze er over water lopen. Ja, maar dat was winter en nu is het lente of eigenlijk een vroege zomer, want Moeder Natuur is de laatste jaren een beetje in de war. Ook hier in Oeganda trouwens, waar ze geen zomer of winter kennen, maar wel regenseizoenen. Zouden we nu middenin moeten zitten, vorige maand waarschuwde het Meterologisch Instituut nog voor een rampenscenario in april: hevige stortbuien en dramatische overstromingen, wat duizenden doden en honderdduizenden vluchtelingen zou kunnen betekenen. Maar de Afrikaanse Erwin Krollen zitten er dus ook wel eens naast. Geruststellende gedachte.
Het is eind april en het regenseizoen wil nog maar niet beginnen. De boeren morren, want het is heet en droog. Sinds ik terug ben (vorige week zondag) heeft het weliswaar een paar keer kort (en heftig) geregend, maar dat gebeurt het hele jaar door. In Rwimi, hier niet ver vandaan, klaagt de bevolking dat de waterbronnen opdrogen. Iedereen snakt naar de regen. Behalve die kettingrokende motorrijdende muzungu dan, die houdt het liever droog. Maar ja, die was dan ook een beetje 'lost'.

zondag 22 maart 2009

foto's van mijn housewarming











Housewarming op zaterdag 28 februari.

Onder mijn zus Margreet en zwager Marinus op de veranda van mijn nieuwe paleisje.

schoolreisje naar rwanda



foto 1: Voor het kantoor van Ombudsman Tito Rutaremara (naast mij, Angela voor mij);
foto 2: Rwanda, land van duizend heuvels.
Ik geneer me, zeg maar gerust: schaam me. We zijn een half uur te laat op de belangrijke afspraak op het Ministry of Local Government & Good Governance (goed bestuur) in Kigali, Rwanda. Yes, I'm embarrassed too, zegt mijn coordinator en teamleider tijdens dit werkbezoek, Angela. Dan moet je je excuses maken, zeg ik tegen haar, dit is in Oeganda misschien gewoon maar in Rwanda buitengewoon onbeschoft. Deze belangrijke mensen hebben voor ons tijd vrij gemaakt, dan heb je op tijd te komen. En als je excuses maakt, moet je het ook menen, zeg ik als ik zie dat ze het weglacht, enigzins gegeneerd omdat ik haar en plein public ter verantwoording roep, in aanwezigheid van de hele groep.
Angela en ik hebben met enige regelmaat aanvaringen, omdat ik gewoonlijk de enige ben die echt tegen haar in durft te gaan. Dat kan in mijn positie als VSO-er ook makkelijker natuurlijk. Maar het is ook een kwestie van mentaliteit, van hoe om te gaan met gezag. Mijn collega's zullen hooguit wat tegen sputteren als ze worden aangepakt door Angela, maar uiteindelijk volgen ze altijd gedwee wat de baas zegt. Ook als dat echt onzin is. Begrijp me goed, ik heb het grootste respect voor mijn coordinator en meestal als ze weer een van haar beruchte tirades houdt, heeft ze ook gelijk. Ze is buitengewoon scherp, heeft meestal een goed overzicht over wat er speelt en is de enige die echt goed kan analyseren. Maar ze is ook Miss Chaos Management aka Miss Just in Time. Alles moet altijd op het allerlaatste moment. En als we eindelijk weer eens gaan zitten voor een staffmeeting (waar ik voortdurend op aandring) en plannen voor de volgende weken, is ineens alles belangrijk en urgent en komen er 40 items op het werkplan te staan die natuurlijk ook allemaal meteen moeten worden uitgevoerd. Maar als alles urgent is, is uiteindelijk niets meer urgent en schieten we niet echt op.

Angela kan het hebben als ik tegen haar in ga, we roepen wat over en weer, maar een half uur later lopen we elkaar weer te dollen en liggen we onder de tafel van het lachen. Maar tijdens dit werkbezoek aan Rwanda, waar ik weken mee bezig geweest ben om het uberhaupt voor elkaar te krijgen, laat ze het afweten. De teamleider is er vaak niet als ik met haar wil overleggen omdat het programma moet worden aangepast. Ik neem dus de beslissingen, waar zij het dan achteraf niet altijd mee eens is. Tough, moet je er maar zijn. We botsen ze vaak tijdens dit bezoek en zij klaagt voortdurend. Pas op de vierde dag als ze weer terug zijn in Oeganda en op weg naar Kampala, zegt: ze welgemeend: dankjewel, het was een goed werkbezoek, ik weet hoe druk je hiermee geweest bent.

Het was ook een goed werkbezoek, we hebben belangrijke mensen gesproken in het land dat voor de rest van Afrika een voorbeeld is van goed bestuur, van hoe het ook kan. Rwanda krijgt wel kritiek dat ze wetten en bestuursmaatregelen nogal rigoreus invoert en dat daarbij individuele rechten wel eens geschonden worden en die kritiek moet ook kunnen. Maar het land heeft zich na de Genocide van 1994 – waarbij meer dan een miljoen mensen werden afgeslacht – weer helemaal opnieuw moeten opbouwen en lijkt daar in 15 jaar tijd uitstekend in geslaagd. En dan kun je beginnen over multi-partij democratie en vrije pers (gevoel punt voor mij), maar de vraag is of een fragiele staat waar zich net zo'n allesoverheersend drama heeft voltrokken, zich dat al wel kan permitteren. Op de tweede dag van ons bezoek krijgen we van een van de machtigste mannen in het land, Ombudsman Tito Rutaremara, het Rwandese recept voor corruptiebestrijding: zero tolerance, niemand ontzien (ook de politieke en ambtelijke top niet) en een hele sterke politieke wil. En het werkt, moeten ook de critici van Rwanda toegeven. Waarom het bij Museveni (president Oeganda) bij woorden blijft en Kagame (van Rwanda) het echt voor elkaar krijgt, schreef de vooraanstaande Oegandeze journalist Andrew Mwenda laatst. En zo is het. Oeganda heeft op papier prachtige wetten, maar implementeert of handhaaft ze nauwelijks of helemaal niet. Rwanda wel, rigoureus, als het moet met harde hand.

Het werkbezoek aan Rwanda heeft me een hoop zweetdruppels en kopzorgen gekost, maar het was de moeite waard. Maar ook een schoolreisje met 18 deelnemers en de muzungu als bovenmeester.

maandag 2 maart 2009

't is een vreemdling zeker

Of er misschien niet Nile is, nee, Bell misschien? Nou vooruit, dan maar een Club-biertje. De gast heeft nogal wat te wensen. Maar wie is deze man, die op mijn housewarmingparty het huis is binnengelopen en nu zich de BLT-sandwich goed laat smaken? Is hij net met Rudy en Staf meegekomen? Nee, zeggen die en grappen: 't is een vreemdling zeker, die verdwaald is zeker. Maar zo grappig vind ik het niet. Een vreemd iemand in mijn net betrokken huis, komt hij de boel even verkennen, kijken wat voor waardevolle spullen er staan? Ik ga naast hem zitten en terwijl ik hem indringend aankijk, vraag ik: Who are you? Fine, fine, antwoordt de man, die me duidelijk verkeerd verstaan heeft. No, who are you? Huppeldepup, James, zegt de man zonder blikken of blozen, hoewel dat bij een zwarte man altijd wat lastig is te ontdekken. Ugandezen zeggen hun naam altijd in de officiële documenten-volgorde: eerst de achternaam, dan pas de voornaam. And do you know any of the people here?, vraag ik, omdat ik er zeker van wil zijn dat hij toch niet met iemand is meegekomen. No, no. So what are you doing here? Yes, yes, zegt de man. Mijn collega Edith werpt op dat hij mogelijk dacht dat dit een guesthouse was, omdat er hier voorheen een restaurant in heeft gezeten. En dat hij hier is komen schuilen voor de tropische stortbui die net naar beneden is komen vallen, maar nu alweer bijna over is. Ik los dit op z'n Hollands op, iets wat Afrikanen bijna nooit doen. Directe communicatie, er niet omheen draaien: This is a private party in a private home, you are not invited and I want you out of here as soon as the rain is over, which is right about now. OK, zegt Huppeldepup, James, die nog steeds niet blikt of bloost. Schaamte is ook geen Ugandees begrip. Bovendien, hij heeft z'n eten en drinken op, de buit is binnen. Bij het vertrek zie ik dat hij z'n handen gevouwen voor z'n borst houdt, alsof hij wil zeggen: dankuwel. Graag gedaan en nou opzouten! Net buiten de poort loopt hij naar de bodaboda die al die tijd in de stromende regen op hem heeft gewacht. Die had ik dat biertje en sandwich meer gegund, eerlijk gezegd.

Huppeldepup is een klassiek voorbeeld van een Ugandeze opportunist zoals er zoveel zijn hier en in de hele wereld natuurlijk. Altijd azen op een kansje, niks gemeenschapszin, iets voor een ander over hebben. Als er eten is, of wat geld te verdienen, dan zijn ze van de partij, maar als je ze nodig hebt nooit. Regelmatig staan er weerzinwekkende voorbeelden van in de krant. Hoe zwaar gewonden bij een verkeersongeval – Uganda is na Ethiopië het land met de meeste verkeersdoden – niet geholpen worden, maar wel beroofd. Zelfs de doden worden niet met rust gelaten en helemaal kaalgeplukt. Sommige dingen zal ik nooit begrijpen in dit land. Duidelijk is wel dat echte armoede en pure overlevingsinstincten heel snel de meest elementaire beschavingsvormen kunnen aantasten. En dat is dan inderdaad weer lastig te begrijpen als je nooit armoede hebt gekend en zojuist een nieuw paleisje hebt betrokken.

maandag 16 februari 2009

De jongen en het Water - artikel Anticorruptieweek




Hieronder een artikel dat ik heb geschreven voor het tweede nummer van onze newsletter TRACK. In het Engels, dat wel, alleen niet erg moeilijk Engels, denk ik. Laatste nieuws: nieuw huis, daarover meer in volgende blog.

WATER IS LIFE: Anti Corruption Week 2008 in Uganda

by André Beerda

A boy at a water tap. It is running and the boy gets the water he needs. Nothing wrong with the picture, it seems. But there is more to this picture. The water tap is a shoddily constructed rusty old pipe, where the water is continuously streaming from. There is no stop on the tap. For tens of families in Kabonero Parish near the Rwenzori Mountains this is the only water source they have. Some of them, usually the girls and the women, have to walk for miles a couple of times every day to get to this rusty old faulty tap and carry the heavy jerry cans all the way back home. Is it clean and safe water at least? Hard to tell at first glance. The area around the water tap certainly is not. It is wet and muddy, because of the continuous stream of water. A perfect breeding ground for the mosquito's that can cause malaria, still the number one cause of death in Africa. The community is aware of this, but does not have an alternative, they have to get the water from this improvised water tap right here in this puddle of mud.

A few meters from the boy and the water tap almost the entire community is assembled for a spontaneous discussion with local leaders. The discussion is heated at times, the people seem to feel encouraged to come forward by the presence of their guests: activists from the Rwenzori Anti Corruption Coalition and the national Anti Corruption Coalition Uganda (ACCU) and some international water-experts. It is early December 2008: Anti Corruption Week 2008. The focus is on the water sector and especially here in the District of Kabarole in Western-Uganda. And this is what ACW 2008 is all about. Officially the theme is: Improving Good Governance and Accountability in the Water Sector in Uganda. The theme is well chosen, the water sector is one of the areas that is most affected by poor governance and corruption, especially in procurement. That is were it usually starts to go wrong. When the procurement process is not transparent and contractors get awarded because of their connections and bribery and not because of their expertise, things tend to go wrong further down the line.

The government had promised clean and safe water for all. For a lot of parishes and sub-counties this promise was kept in the past few years and water sources were realized: boreholes, shallow wells, gravity flow schemes. But others are less fortunate, especially those in more remote areas. These communities are still waiting on a water source or have to make do with one that is not functioning properly because it was badly built. According to official government statistics 78% of the people in this region are supposed to have access to clean and safe water. But if that is true, it would imply that still almost a quarter of the people here have no access at all.

The Water Sector is well chosen for another reason. Unofficially the theme of ACW 2008 is: Water is Life. And here in these remote areas of the Kabarole District that becomes as clear as the mountain water from the Rwenzoris. Here at the faulty water tap in the puddle of mud, the breeding ground for malaria-mosquito's, good health and therefore life is immediately threatened. Apart from malaria there are other health risks that are linked to the absence of clean and safe water: typhoid and cholera for instance. Some people from nearby Rwimi for instance drink and use water from a dirty river, simply because they have no choice; the water tap in town is not working. These same rivers and streams are open sewerages that are also used for bathing, washing, cleaning cars and motorcycles and water holes for cattle. According to a study by students of Mountains of Moon University in Fort Portal, Rwimi has the dirtiest and most unhealthy water in the whole country.
Not far from here, in Kasenda Sub county, for many people the crater lakes are the only available water source. If there are any alternatives at all these are often badly built and maintained. Only some people can afford to spend the hundreds of Shillings it costs daily to get proper water. The Crater Lakes are infested with bilharzia, which poses another serious health risk. Bilharzia if not treated can kill people.
In Kasenda Sub county an expensive water supply project was realised by the regional water company. It looks impressive. The only thing is, it does not work. The state of the art pump that has been installed does not run for lack of fuel. The fuel these days is expensive and the people cannot afford to pay for it. And even they could, this project is not theirs, they have never been consulted or involved in the project, so they are not willing to pay for it.
Apart from this, not involving all of the people, can cause other problems. Like in Rwimi Sub County, where some water pipes have been cut by people who were jealous because they were not going to profit from the scheme. Because of the destruction the water distribution is frustrated and now nobody profits.

Scarcity breeds conflict. Lack of information and participation from the communities do too. If not all of the people are properly informed and involved in a new water project, things tend to go wrong. The communities themselves really have to own these water sources. And they have to be educated and understand that they are responsible themselves for the proper use and maintenance. Experience elsewhere has shown that this can really work and that people are prepared to pay fees for maintenance of the sources. In these cases fees have been paid to local authorities, but often the service has been disappointing at best. On several occasions during Anti Corruption Week this issue comes back during the public forums. It is understandable that sometimes these discussions get heated. People distrust authorities and water companies, they have not received what they had been promised, they don't understand why and sometimes, rightly or wrongly, they suspect corruption. Sometimes it is, sometimes not. At any rate, lack of transparency will enhance the distrust of the people. RAC has to follow up on these cases to determine if it is corruption or not and to demand for transparency and accountability from the authorities. And this brings us back to the theme of the Anti Corruption Week 2008: Improving Good Governance and Accountability in the Water Sector in Uganda.

For good governance it is essential that authorities do what they have promised to do and explain to the communities what they can expect. The chief guest at the Kibiito public forum, the Honourable Amina Kaija, Secretary for Finance Planning in Kabarole District, referred to the promise The President had made before that every parish will receive access to clean and safe water. She announced that a new initiative under the Western Water Project will soon take off and this is expected to increase the water sources in Rwimi and Kibiito, among other sub counties. She said that the money for this had already been allocated by Central Government and that construction is about to begin. Whether this project will soon be realised, everyone in Rwimi and Kibiito will be able to witness. And of course RAC monitors certainly will keep a close eye on it.

The Anti Corruption Week 2008 was a success. The processions with the marching bands, the entertaining forum theatre displays and the informative public forums attracted a great number of people. They turned up because this is about something essential to their lives: access to clean and safe water. Not just for the ones who can afford it, but for everyone. Like the woman who lives in a remote part of Rwimi Sub county and has to get up at three in the morning every day to get water. And like the boy at the faulty water tap in Kabonero Parish.

======================================================================
Cadre: The Rwenzori Anti Corruption Coalition (RAC) is a civil society organization, based in Fort Portal, Western Uganda. Officially founded in 2002 and operational since 2003 its aim is to bring together all anti-corruption activists in the Rwenzori region of Western Uganda. By now it is one of the most active and successful anti-corruption organizations in Uganda. It has over 450 members in 5 districts, who monitor, report and fight corruption in their own communities. André Beerda is a Dutch VSO (Voluntary Service Overseas) volunteer who advises RAC Secretariat on documentation, information and communication. For more information on RAC http://www.racug.info/ and on VSO http://www.vso.org.uk/ and http://www.vso.nl/

zondag 18 januari 2009

Vincent



Dit is Vincent, mijn hulp in de huishouding zeg maar, sinds Alinda in november opeens werd weggehaald door huisbaas K. Vincent is 22 jaar geworden op 1 januari, toen ik met een grote groep vrienden en bekenden met een groot kampvuur het Nieuwe Jaar inluidde op de compound rond mijn huis. Vincent was daarbij, hij lachte nog meer dan hij anders al doet en hij werd, net als z'n buurjongen Chris (2de van links op de foto, de hulp van mijn buurman Lieven) zowaar een beetje dronken, niet gewend aan de alcohol dat bij zo'n feestje hoort. Tot diep in de nacht, terwijl de overige gasten allang vertrokken waren, hebben ze nog rond het vuur gezeten, gelachen en gedronken. Vincent leek gelukkig en was het misschien ook wel op dat moment.

Een week later vraagt hij of hij wat vroeger dan anders het huis schoon mag maken en de was mag doen. Hij kan het geld goed gebruiken, wil naar zijn stiefmoeder die in het ziekenhuis in Kyenjojo ligt, ongeveer een uur hier vandaan. Zijn hele familie woont daar, maar Vincent werkt al sinds z'n 16e in Fort Portal, het laatste jaar voor mijn huisbaas K. Hoewel hij slim is en behoorlijk goed Engels spreekt, heeft hij de middelbare schoolopleiding moeten afbreken omdat er geen geld meer was. De officiële statistieken geven aan dat het aantal schoolgaande kinderen in Oeganda enorm is gestegen in de afgelopen jaren; dat er vooral in Secondary School (middelbare school) veel drop-outs zijn omdat het schoolgeld niet meer kan worden opgebracht, zie je niet terug in die officiële cijfers.

Vincent verdient het schamele bedrag van 60.000 Shilling (ongeveer 24 euro) per maand. Ter vergelijking: dat is maar 4 keer mijn dagvergoeding en daarmee kom ik niet uit, Fort Portal is net als Kampala vrij duur. Voor dat magere loontje moet hij dag en nacht klaar staan, over de compound waken, de tuin verzorgen en het winkeltje runnen. Hij slaapt in de golfplaten keet waar Tom (zie de blog De Hut van Neef Tom) tot voor kort verbleef. 's Nachts is het koud, vertelt Vincent als ik hem er naar vraag. De goedlachse, wat verlegen jongen is de afgelopen weken steeds meer vertrouwd geraakt en praat nu openlijker over z'n leven. Maar nauwelijks over de toekomst. Wat zou hij willen in het leven, waarvan droomt hij? Hij kijkt me vragend aan, hoe bedoel je dat? Dit is het, verder kijken heeft geen zin. Ik vraag het hem omdat hij aangeeft het liefst weg te willen, een nieuwe betrekking, het liefst bij een muzungu want die betalen beter. En die klootzak van een K. (mijn grote vriend de huisbaas) heeft hem al twee maanden niet betaald.

Gistermorgen (zaterdag 17 januari) staat hij om 10 uur voor m'n deur. Overstuur, bang. Een man en een oudere vrouw staan even verderop bij de auto die al een eeuwigheid doelloos op ons terrein staat. De auto is van K., hij heeft er maandenlang niet naar omgekeken, maar blijkbaar nu ineens nodig. De linker koplamp is stuk en dat is de schuld van Vincent. Zeggen de man – de chauffeur van – en de vrouw, de moeder van K. Vincent legt uit dat hij eerder die morgen de auto, die blijkbaar een lege accu had, heeft aangeduwd, samen met Chris, de buurjongen. Toen was er niets mis met de koplamp, dat zweert hij. Ik vermoed dat de chauffeur die met de auto is gaan rijden, zelf verantwoordelijk is, maar de toorn van zijn baas niet over zich heen wil krijgen en het dus afschuift op Vincent. Weet u wel wat zijn werk is hier?, vraagt hij mij. Hij wordt ervoor betaald om op te passen, dus is het zijn schuld. De moeder van K. knikt, hoewel ze alleen maar Rutooro spreekt. Ik geloof Vincent, die aangeslagen naast me staat, zwaar geïntimideerd door de man en de vrouw. Ze willen dat hij hiervoor opdraait. Ik ben steeds pissiger geworden en reageer mijn niet onaanzienlijke ochtendhumeur af op de man en vrouw, die Vincent willen meenemen naar de politie. Ik weet dat het bluf is en zeg dat ze vooral naar de politie moeten gaan, maar dat Vincent hier blijft en dat ik hem alle hulp geef en zo nodig een advocaat voor hem inschakel. Of ze helemaal gek zijn geworden om die jongen zo bang te maken. En zeg tegen die K. dat hij hem eerst maar eens fatsoenlijk moet betalen!
Ik loop weg naar m'n huis en Vincent volgt. Ga zitten, wil je wat drinken? Ik leg hem uit dat hij nergens bang voor hoeft te zijn en dat als er ook maar iets is, hij mij erbij moet roepen. Hij is nog overstuur en stamelt dat K. straks zwaaiend met een pistool hierheen komt. Dat zal zo'n vaart niet lopen, zeg ik, bovendien is hij banger voor mij dan ik voor hem. Ik ken dat soort, op m'n werk hebben we er regelmatig mee te maken. Maar als hij bang is, moet hij die middag naar naar de buren gaan, ik ben namelijk weg.
Als ik 's avonds thuiskom, zit Vincent in de winkelkeet aan de weg, met een paar vrienden. Hij is kalm, zegt dat hij 's middags K. nog wel gezien heeft, maar dat die niet meer heeft gedaan dan schelden. Hij heeft z'n baan nog, maar wil nu helemaal weg. Ik heb hem al beloofd iedereen die ik ken te vragen of ze nog een goede hulp kunnen gebruiken (de gangbare term 'boy' krijg ik niet over m'n lippen) en vraag of ik K. moet aanspreken op het achterstallige loon, dat hij waarschijnlijk nooit meer krijgt. Omdat natuurlijk niets op papier staat, zal het moeilijk worden ergens zijn recht te halen, in Oeganda is Vrouwe Justitia misschien bijziend, maar zeker niet blind. Vincent denkt na over mijn voorstel en zegt: nu maar even niet. Verstandige jongen, nu krijg je toch niets gedaan bij die klootzak.
Naschrift 28/1/09: Vincent is wat assertiever te worden. Hij is afgelopen maandag naar K. gegaan om de huur van een van mijn buren af te geven. K. had hem gezegd dat de huurders eerst moeten betalen en dat hij dan pas Vincent zal betalen. Pure chantage, natuurlijk. Vincent heeft de huur afgegeven en een maand loon ingehouden. Hij vertelde dit maandagavond glunderend met woorden die hij van mij geleend heeft: I will use every trick I can. Die jongen begint het te begrijpen...